In principe komt het IVC één keer per maand bijeen. Na afloop van de vergadering kan de bevoegde minister, als hij vaststelt dat een beraadslaging van het informatieveiligheidscomité niet in overeenstemming is met de bepalingen van de Kruispuntbankwet en van elke andere regelgeving tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer, binnen tien werkdagen volgend op de vergadering van het informatieveiligheidscomité op een gemotiveerde wijze en met inachtneming van de geldende wetgeving aan het informatieveiligheidscomité opleggen om de beraadslaging aan te passen op de punten die hij aangeeft. De beraadslagingen treden na deze termijn in werking, tenzij de bevoegde minister voor het verstrijken van deze termijn laat weten dat de beraadslaging niet moet worden aangepast. Na de inwerkingtreding van de beraadslagingen brengt het informatieveiligheidscomité verslag uit aan de Kamer van volksvertegenwoordigers en ter informatieve titel aan de Gegevensbeschermingsautoriteit.
IVC - wijziging KSZ-wet
